Op donderdag mocht dames 3 na een rustperiode aantreden tegen onze directe tegenstander: dames 10 van Twente’05 . De vorige keer troffen we ze op een vroege zaterdagochtend na een veel te gezellige Kateravond (zie: Katerige Kater2). We hebben het toen gepresteerd om een set te pakken, dus hadden nu grootse verwachtingen van de wedstrijd.
Richard zorgde nog voor een paar pittige trainingen en iedereen kon op haar eigen positie spelen… Niets werd aan het toeval overgelaten. Maar ’toevallig’ had Jorien maandagavond een gaatje in haar agenda om bloed te geven. Deze nobele daad voor de mensheid bleek helaas funest voor haar uithoudingsvermogen. Vooraf werd daarom de tactiek besproken: alle time-outs benutten, veel veters strikken, langzaam ballen ophalen, langzaam de bal naar de andere kant rollen en langzaam de bal aan de serveerster geven. Kind kan de was doen.We begonnen met enige vertraging aan het inspelen, omdat we zaaldienst hadden. Dit gaf onze gelegenheidscoach Tim de mogelijkheid zijn arbeidsverplichtingen te completeren en iets later te kunnen komen. Alles liep gesmeerd. Han zijn dochter speelde bij de tegenstander, dus hij coachte de dames van Twente’05. Wij hadden de stille hoop dat hij precies de verkeerde aanwijzingen zou geven: een Kater ben je immers in hart en nieren, de vereniging gaat voor je privéleven… toch?
De eerste set begonnen we goed. We hebben vrijwel de hele set voor gestaan, ongeveer tot de laatste kritieke vijf punten. We hielden ons ineens enorm goed aan onze afspraak van rustmomentjes pakken. Helaas deden we dit tijdens het volleyballen en niet bij het rollen van de bal. Het wordt inmiddels karakteristiek voor ons om de setwinst op het nippertje aan onze neus voorbij te zien gaan. Met twee punten verschil (25-27) verloren we deze eerst set, waarin wij eigenlijk het grootste deel de beter spelende ploeg waren.
De tweede set hebben we dankzij een sterke aanvalsdruk en goede verdediging een voorsprong opgebouwd van vijftien punten… En dat was maar goed ook, want wéér hadden we moeite met het afronden van de set. Uiteindelijk waren er weer twee punten verschil, maar nu in ons voordeel: 25-23.
De derde set… tja, de derde set is meestal niet zo ons ding. Dat heeft iets te maken met vermoeidheid, het vooruitzicht van nog een set moeten spelen en inkakken. Hetgeen ook nu geschiedde. We wisten het tempo weer goed uit het spel te halen en tegen een behoorlijke achterstand aan te kijken. Na een paar goede servicebeurten van onze kant (waarvoor dank Marije en Genie) kwamen we weer gelijk en konden we de set uiteindelijk met vijf hele punten verschil winnen: 25-20. Tim was trots op onze vechtlust aan het eind en vol goede moed begonnen we aan de vierde set.
Het lukte niet meer, de fut was eruit en Twente’05 kwam weer op voorsprong. Ze hadden een harde service, waar wij weinig raad mee wisten. De communicatie werd minder, het vertrouwen daalde en Tim vroeg een time-out aan. Net wat we nodig hadden. Na een slokje water en een paar keer diep ademhalen herpakten we ons. De mannen van heren 3 moedigden ons aan, maar het mocht niet meer baten: 23-25.
Verdorie… Een vijfsetter, en dat met een team dat inmiddels op het einde van haar kracht begon te raken (voor zover Jorien überhaupt de kracht wél gehad heeft). Het wilde niet meer: de fut was eruit. Na een succesvolle servicebeurt van onze kant stonden we echter weer gelijk: 12-12, het kon nog! Er werd mooi gevolleybald, geknokt en er waren lange rally’s. Nu werd echter duidelijk dat de meiden van de tegenstander hun jonge leeftijd mee hadden. Het werd 13-15 en we waren gesloopt. We moesten voor deze wedstrijd beschikken over een lange adem… En dat gold niet alleen voor ons, maar ook voor heren drie, want die konden pas om half 10 beginnen met de warming-up, voor onze coach Tim, die nog niet gewend is aan hoe zenuwslopend onze wedstrijden kunnen zijn en niet te vergeten voor scheidsrechter Maarten – die vast geen longinhoud meer over heeft na ruim twee uur fluiten.